Interreg Transnationale Samenwerking (of Interreg B) omvat 15 verschillende programma's die gericht zijn op macroregionale uitdagingen die een geïntegreerde aanpak vereisen. De details van de oproepen en de kenmerken van de projecten worden in het kader van elk financieringsprogramma vastgesteld.
Grensoverschrijdende samenwerking tussen aan elkaar grenzende regio's ter bevordering van een geïntegreerde en harmonieuze regionale ontwikkeling tussen aan elkaar grenzende land- en zeegrensregio's:
(a) interne grensoverschrijdende samenwerking tussen aangrenzende grensregio's van twee of meer lidstaten, of tussen aangrenzende grensregio's van ten minste één lidstaat en één of meer derde landen
Interreg is een algemene merknaam voor Europese territoriale samenwerking (ETS) in het kader van het cohesiebeleid. Interreg wordt gefinancierd door het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Instrument voor Pretoetredingssteun en Nabuurschap, en het Instrument voor Ontwikkeling en Internationale samenwerking (NDICI).
De advieshub van InvestEU is het centrale toegangspunt voor projectpromotors en intermediairs die adviesondersteuning en technische bijstand zoeken in verband met centraal beheerde EU-investeringsfondsen en adviesinitiatieven in het kader van de vier beleidsonderdelen van InvestEU, alsmede in het kader van een sectoroverschrijdende/horizontale adviescomponent.
Er zullen adviesinitiatieven worden opgezet in het kader van elk van de vier onderdelen van het InvestEU-beleid, evenals in het kader van een sectoroverschrijdende component voor horizontale adviesondersteunende diensten.
Het subprogramma Klimaat ondersteunt projecten op het gebied van landbouw, landgebruik, veenlandbeheer, hernieuwbare energiebronnen en energie-efficiëntie. Het cofinanciert projecten op het gebied van stedelijke aanpassing en ruimtelijke ordening, veerkracht van infrastructuur, duurzaam waterbeheer in droogtegevoelige gebieden, overstromings- en kustbeheer, veerkracht van de landbouw-, bosbouw- en toerismesectoren, en/of steun voor de ultraperifere gebieden van de EU.
In het kader van het subprogramma "Schone energietransitie" van LIFE worden projecten medegefinancierd op de volgende vijf actiegebieden:
Het LIFE-programma is opgesplitst in twee onderdelen: een onderdeel Milieu en een onderdeel Klimaatactie.
Het onderdeel Klimaatactie omvat ook twee subprogramma's:
a. Matiging van en aanpassing aan de klimaatverandering
b. Overgang naar schone energie
In het kader van deze categorieën worden projecten gefinancierd:
Missies zullen opereren via een portefeuille van acties - zoals onderzoeksprojecten, beleidsmaatregelen of zelfs wetgevingsinitiatieven - om een meetbaar doel te bereiken dat niet door middel van afzonderlijke acties zou kunnen worden bereikt. De missies zullen bijdragen tot de verwezenlijking van de doelstellingen van de European Green Deal, Europa's plan om kanker te bestrijden en de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling.
Deze cluster is erop gericht de aantasting van het milieu terug te dringen, de achteruitgang van de biodiversiteit op het land, in de binnenwateren en in de zee een halt toe te roepen en om te keren en de natuurlijke hulpbronnen beter te beheren door middel van transformerende veranderingen van de economie en de samenleving in zowel stedelijke als plattelandsgebieden.
Deze clusters zijn gericht op het bestrijden van klimaatverandering door een beter begrip van de oorzaken, evolutie, risico's, effecten en kansen ervan, en door de energie- en transportsectoren klimaat- en milieuvriendelijker, efficiënter en competitiever, slimmer, veiliger en veerkrachtiger te maken.
Gebieden van steunverlening
• klimaatwetenschap en -oplossingen
• energievoorziening
• energiesystemen en -netwerken
• gebouwen en industriële installaties in de energietransitie
